Vanwege het coronavirus ziet afstuderen er dit jaar anders uit dan normaal. Hoe gaat dat er precies aan toe bij Brabantse academies in de kunsten? Welke aanpassingen hebben de afstudeerders gedaan? En is hun toekomstbeeld veranderd? In een reeks interviews op MEST ondervraagt Rosa Lee drie afstudeerders. Dit keer het woord aan Angelina Stavela (29). “Tijdens de lockdown realiseerde ik me dat collectieve ervaringen belangrijk zijn.”
Interesse voor de maatschappij
Na haar opleiding Grafisch Ontwerp en Illustratie werkte de Griekse Angelina Stavela een paar jaar in de reclamewereld als grafisch ontwerper. Eerst in Griekenland, daarna verhuisde ze voor anderhalf jaar naar Berlijn. Omdat ze wilde leren hoe ze verhalen met beeld vertelt, vertrok ze in de zomer van 2018 naar Eindhoven om daar Information Design te studeren aan de Design Academy Eindhoven. Haar liefde voor film en documentaire in combinatie met onderzoek ontstond in het eerste jaar. “Ik maakte een video over het oorsprongsverhaal van mijn grootvader. Vele jaren na zijn dood probeerde ik erachter te komen waar hij vandaan kwam en of hij Turks was, met behulp van een handvol archieven en de getuigenissen van twee van zijn kinderen, mijn vader en tante.”
Door de jaren heen ontdekt ze dat de manier waarop veel economische en politieke situaties in de media worden weergeven veel te abstract zijn om écht te begrijpen. Ze mist vaak de menselijke kant van het verhaal. Die kant wil ze graag met haar werk laten zien. Ze besloot om voor haar afstuderen een documentaire te maken bij de grootste haven van het Griekse Piraeus. “Toen ik in Athene woonde kwam ik er een paar keer per jaar. Op een gegeven moment zijn alle dokken van Piraeus overgegaan van onderdeel van de staat naar particulier bezit. De buurt is daardoor behoorlijk veranderd. De eigenaar heeft nu een plan om de dokken uit te breiden en wil de pakhuizen, het expositiecentrum en park weg hebben. Ik wilde de nasleep van de privatisering onderzoeken, en hoe dit de bewoners beïnvloedde. Op een paar stakingen na hoorde je daar weinig over. Daarvoor ging ik in gesprek met de mensen in Piraeus. Het was overweldigend om daar ineens te zijn terwijl ik normaal een passieve kijker ben. Ik kreeg een warm welkom van veel mensen, terwijl zij me niet eens kenden. Ik ontdekte hoe verschillend de arbeidsomstandigheden daar zijn. Je ziet in mijn documentaire zowel het perspectief van een voormalig havenarbeider, als van een groep bewoners die zich in verband met hun gezondheid verzetten tegen het nieuwe cruiseschipdok.”
Angelina was voor een eerste gedeelte van haar afstuderen naar Griekenland gereisd, toen ze net weer terug was in Nederland en zelf vermoedelijk het coronavirus kreeg. Na veertien dagen quarantaine besloot ze om weer naar Griekenland te gaan. “Ik stapte op één van de laatste vluchten. Ook andere studenten gingen terug naar hun geboorteplaats. Maar de situatie escaleerde en ik kon niet meer naar de geplande filmlocaties. Ik hield contact met mensen die ik al had ontmoet en volgde met hen het proces van de uitbreiding van de haven, telefonerend en online. Docenten en medestudenten sprak ik alleen nog via videogesprekken. Ik miste het livecontact.”
Ze besloot om haar afstudeerwerk opnieuw te bekijken. “Ik maakte veel gebruik van archiefmateriaal en heb het filmen uitgesteld. Tijdens de lockdown realiseerde ik me dat collectieve ervaringen echt belangrijk zijn. Scheiding vergroot het gevoel van zwakte. Dus na de afsluiting besloot ik om mijn documentaire openlijk te vertonen in de buurt die het meest zal worden getroffen door de cruiseschepen. Ik organiseerde een vertoning op het kleine strand van het gebied. Na afloop had ik een gesprek met de bewoners die feedback wilden geven, dat is nu onderdeel van de film. Dat is precies het doel van de film: een gesprek beginnen en vragen oproepen waar we geen antwoord op hebben.
Angelina blijft de komende maanden in Griekenland om daar verder te gaan met het filmen van de situatie in Piraeus. “Ik wil blijven volgen wat er gebeurt. Dit werk wil ik gebruiken om mezelf te presenteren aan anderen. Ik hoop dat ik in de toekomst verhalen kan blijven maken en documenteren. Normaal reis ik veel voor werk, dat kan hopelijk straks weer. Ik ben erg geïnteresseerd in hoe de vluchtelingen worden afgebeeld in de media. Ik wil graag een andere kant laten zien. Wel houd ik er rekening mee dat ik straks niet van mijn werk kan leven omdat er op dit moment veel financiële onzekerheid is. Maar ik wil voor alles open blijven staan. Ik kan het op zijn minst proberen.”