Aangemaakt op: do 09 dec. 2021
Onlangs was ik bij de lezing van Karim Amghar tijdens de provinciale inspiratiedag cultuureducatie in Helmond. In sneltreinvaart ging Karim in op kansenongelijkheid in het onderwijs. In zijn woorden: ‘een groot en veelkoppig monster.’ De laatste twee minuten bleven mij bij. Daarin deed hij een dringende oproep aan (kunst)onderwijsprofessionals om met cultuureducatie een ‘oplossing’ te bieden voor het meest dringende, onderliggende probleem van kansenongelijkheid: sociale pijn.
Hoewel ik niet denk dat kunst en cultuur alles kan oplossen, bleef de term sociale pijn na de lezing nazingen in mijn hoofd en ging ik op onderzoek uit.
Sociale pijn, wat is het?
Wanneer iemand afgewezen wordt of voelt dat hij er niet bij hoort, geeft dit sociale pijn. We reageren erg emotioneel op het verbreken of verlies van sociale banden. Dat is niet vreemd want we zijn evolutionair op jonge leeftijd voor de overleving hiervan afhankelijk. En ook op latere leeftijd spelen sociale banden in de vorm van bescherming en samenwerking een belangrijke rol. In die zin is een beschadiging van de sociale verbondenheid net zo bedreigend voor ons als fysieke schade. Sociale pijn is een alarmsignaal dat waarschuwt voor sociale isolatie.*
Het échte probleem
Sociale pijn, het niet écht gezien worden, kan zeer destructief zijn wanneer het lange tijd niet wordt gehoord. Het doet bijvoorbeeld iets met het leergedrag van kinderen, waardoor sommigen minder snel de schoolladder op klimmen. Is didactiek dan de oplossing? Of extra hulpmiddelen en financiën? Of ligt het probleem juist meer op het niveau van identiteit en de ‘mindset’ van professionals en leerlingen?**
Gezamenlijke taal
Kunst spreekt de taal van emotie. Het raakt de harten van mensen en kan uitnodigen tot ander gedrag. Het draagt bij aan individuele ontplooiing en participatie. Er zijn voorbeelden genoeg. Ik moet denken aan het werk van beeldend kunstenaar Gillian Wearing. Een terugkerend thema voor haar is ‘de onbereikbare ander’. In 1993 maakte ze een fotoserie waarbij ze willekeurige voorbijgangers op straat vroeg om op te schrijven wat hen op dat moment ten diepste bezighield. De kloof tussen iemands zichtbare uiterlijk en zijn of haar onpeilbare binnenwereld wordt in deze serie voelbaar. Hoe zien we onszelf? Hoe zien we de ander? En welke kloof zit daartussen?
In de praktijk
Met praktische lesvoorbeelden kwam Amghar niet. (Logisch, hij is geen kunstvakdocent). Zelf zou ik starten met het onderzoeken van mijn eigen sociale pijn. Het bespreekbaar maken in de klas en kunst tonen die vertelt: je bent niet alleen. Er zijn mensen die hetzelfde voelen en ervaren. Want de grondbeginselen van dat wat ons mens maakt zijn grotendeels gelijk. Dan heb ik het over hoop, verlies, mislukking, troost en inspiratie. Thema’s in de kunst en thema’s voor leerlingen om kunst over te maken. Hoe wij– via ons vak - in contact staan met leerlingen en wat we hen tonen, kan mogelijk een klein vuurpijltje afschieten richting het grote en veelkoppige monster van kansenongelijkheid. Misschien raken we wel het hart.
* MacDonald, G., & Jensen-Campbell, L. A. (Eds.). (2011). Social pain: Neuropsychological and health implications of loss and exclusion.)
** interview Iliass El Hadioui, socioloog
Meer weten?
Neem contact met mij op.