Acht maanden waren de deuren van het Biesbosch MuseumEiland gesloten. Met een nieuw museumgebouw, een vernieuwde vaste collectie én een ontwikkelde ruimte voor hedendaagse kunsttentoonstellingen, straalt het museum vanaf deze zomer weer als nooit tevoren. Het recent ontworpen schiereiland achter het museum wordt daarbij, binnen de expositie 'Oh, natuurmens', voor het eerst als kunstcontext ingezet. Maar in eerste instantie denk je bij een museum dat zich richt op natuur en erfgoed toch helemaal niet aan kunst? Of juist wel? Mestmag.nl ging in gesprek met Margriet Kemper (curator) en Erik Luermans (organisator) over het samenbrengen van domeinen, de bijzondere samenwerking tussen verschillende partijen en de vraag: 'Kunnen wij ons eigenlijk nog natuurmens voelen?'
Geschreven door Liza Voetman
Op naar de Biesbosch
Voor mijn bezoek aan het Biesbosch MuseumEiland reis ik mee met twee van de deelnemende kunstenaars: Roos van den Oetelaar en Renée Verberne. We maken een tussenstop op het eiland De Dood waar de kunstenaars omgevingsgeluiden opnemen en zich al eerder -ruim een week- terugtrokken voor het maken van werk. Het Biesbosch Museum zelf, dat we even later bereiken, heeft een al net zo rustgevende werking. Een uur met de auto en je bent in een compleet ander landschap terechtgekomen. Het museum bestaat nu zo'n dertig jaar. Tijdens het gesprek vertelt expositieorganisator Erik dat het museum van oorsprong een volkenkundig museum is met een redelijk statische collectie: 'Op het moment dat het plan gemaakt werd om water op te gaan vangen tussen de Maas en de Merwede -dat na de overstromingen van 1995 en 1996 door de Rijksoverheid is ontwikkeld- bleek het museum plots een kans te krijgen.'
Samenwerkende partijen
Er ontstond een eerste samenwerking tussen het museum en de provincie Brabant. 'De bedoeling was om het museum groter en beter te maken en de unieke plek zelf volledig te gaan benutten. De provincie heeft toentertijd veel geld en middelen ter beschikking gesteld om het plan voor een nieuw museum te realiseren. Daar is een andere partner -Staatsbosbeheer- ook bij betrokken geweest', legt Erik uit. Het museum kent nog meer partners, zoals het Waterschap, het nationale park Parklandschap Biesbosch, de provincie Zuid-Holland (waar de Biesbosch in overloopt) en bkkc (brabants kenniscentrum kunst en cultuur). 'Bkkc kijkt naar hoe je de volkskunst, als ik het zo eerbiedig mag zeggen, kunt combineren met ideen over landschap, natuur en beeldende kunst. Bkkc is de partner die er voor zorgt dat er connecties met het professionele kunstveld gelegd worden.' Het museum streeft ernaar om ook op landelijk en internationaal niveau het professionele kunstveld meer te gaan betrekken. Om dit te bewerkstelligen is er een kunstadvies commissie in het leven geroepen, om het museum de kans te geven zichzelf op het gebied van de beeldende kunst te kunnen ontwikkelen. Naast deze samenwerkingen gaat het museum relaties aan met de kunstopleidingen van Fontys Hogeschool en het AKV St. Joost. Deze zijn bijvoorbeeld betrokken bij de eerstvolgende tentoonstelling die in december zal openen. Erik: 'Dit is een erg mooie en bijzondere ontwikkeling, want deze studenten zijn natuurlijk de toekomstige kunstenaars!'
Het diverse publiek
Omdat het museum zich van oorsprong niet op de hedendaagse kunst richt, komen nog niet alle bezoekers hiervoor naar de Biesbosch toe: 'Dit blijft een lastig, maar vooral een écht gegeven: daar moet je iets mee doen', vertelt Margriet. Toen het museum werd gebouwd en de plannen werden ontwikkeld, telde het museum zo'n dertig tot vijfendertigduizend bezoekers per jaar: 'Het publiek was toen nog wat eenvormig en we dachten: 'Als het museum groter wordt, dan zou je een grotere differentiatie kunnen krijgen.' Dat is eigenlijk een soort intrinsieke opdracht voor ons geweest om te kijken of je een tentoonstelling kunt maken die verschillende groepen van publiek trekt', aldus Erik. Met de toegenomen populariteit telt het museum nu zo'n vijfenzeventig duizend betalende bezoekers per jaar.
Het is een groot succes. Daarom zou het ook zo mooi zijn als kunst vaste voet aan de grond gaat krijgen. Anders zit je wat afstandelijk naar platenmateriaal te kijken, terwijl de beleving van individuele mensen juist van belang is.
Toch is en blijft het een uitdaging om verschillende groepen bezoekers met kunst in te laten: 'We hebben gemerkt dat niet al het publiek het werk begrijpt. En voor een deel kun je daar iets aan doen, bijvoorbeeld door teksten bij de werken te schrijven', ligt Margriet toe. Naast deze teksten kan er volgens Erik nog beter gebruik worden gemaakt van PR en communicatie: 'Maar je hebt altijd een kloof te overbruggen, dat is gewoon de opdracht die je hebt. Het is wel belangrijk om je af te blijven vragen: 'Waar zijn we nu eigenlijk?' We zijn hier bij Werkendam, de rand van Brabant. Ook qua regio is het van belang voor bewoners om impulsen te krijgen, zoals 'Kijk eens om je heen.''
'Oh, natuurmens'
Maar waarom is het nu zo belangrijk dat kunst en natuur in deze omgeving een relatie met elkaar aangaan? Voor Erik is kunst in staat om een eigen kijk op de veranderingen in de maatschappij en de natuur te bieden: 'Dit gebeurt nu anders dan de statische collectie eerder deed. De beeldende kunst is een verrijkende manier om te verbeelden.' Margriet - die al veel ervaring heeft met de combinatie van kunst en platteland - voegt hieraan toe dat het een mooi gegeven is om iets te doen met het museum, het eiland en het natuurgebied samen: 'En eigenlijk kom je dan bijna als vanzelf bij de inhoud van de expositie terecht, waarin de vraag centraal staat hoe wij ons als mens tot de natuur verhouden. Dat is de kern. Juist omdat het zo'n afgesleten thema is moeten we de vraag iedere keer opnieuw stellen.'
Zo heb ik ook geschreven dat wij ons allemaal een beetje natuurmens kunnen voelen. En hoe ingewikkeld alles ook is geworden, dat we allemaal nog kunnen zeggen: 'Ik hou van de natuur.''De titel 'Oh, natuurmens', heeft daarbij natuurlijk iets ironisch in zich, en tegelijkertijd iets vertederends. Veel van de werken die je hier ziet zijn of uit verbazing of uit bevraging tot stand gekomen. Ik denk ook dat natuur een soort onverwoestbare mythe in zich draagt', omschrijft Margriet. 'Maar om iets tegenover of naast het overweldigende landschap te plaatsen, dat zijn eigen waarde heeft en gezien kan worden, is niet gemakkelijk.'