Na vier jaar ontwikkelen opende Doloris afgelopen mei haar deuren. Het surrealistische kunstdoolhof en immense rooftopbar hebben zich sindsdien ontpopt tot één van de absolute hotspots van de stad. Hoe kijken Joep van Gorp, Jaap van Ham en Gijs van der Velden – de drie ondernemers achter het complex – terug op de samenwerking en het proces?-
Geschreven door Grete Simkuté
Het gaat heel goed met Doloris’, zegt cultuurondernemer Joep van Gorp opgelucht, gevraagd naar het eerste halfjaar dat ‘zijn’ surrealistische doolhof nu achter zich heeft liggen. ‘We hebben al heel veel bezoekers gehad, de horeca loopt ook top. Als ik erop terugkijk, kan ik met zekerheid zeggen dat we het maximale neer gezet hebben wat we kunnen.’ ‘We’, dat zijn met name Joep van Gorp zelf en de twee ondernemers achter de rooftopbar: horeca-uitbater Jaap van Ham en catering-expert Gijs van der Velden. Het verhaal van de drie mannen begint in 2015, wanneer Van Gorp partners zoekt voor een eigenzinnig kunstcomplex dat hij jaren geleden in Berlijn bezocht. Een ‘climb-through’ art experience met tientallen kamers vol surrealistische kunst die je zintuigen op scherp zetten: dat moest ook in Nederland komen, en dan het liefst in Tilburg – de stad van experiment, creatie en innovatie.
Eén geheel, toch zelfstandig
Tijdens veel (en lange) gesprekken kwamen de drie mannen tot een invulling van het overkoepelende concept. ‘Doloris is de personificatie van het doolhof en de bar, de bezoekers komen haar stem en woorden overal tegen.’ De bezoeker mee willen nemen op reis – of dat nu in de doolhof of de rooftopbar is – stond vooraan in de visie. Van der Velden: ‘We zijn in de rooftopbar gaan werken vanuit de vrouwelijkheid van Doloris. Je ziet veel roze en paars, zachte stoffen, goede cocktails, kleine streetfoodgerechten om te delen… Het geheel is erg modern en echt iets wat Tilburg nog niet had.’ Ondanks dat de rooftopbar en de doolhof vanuit één integraal concept zijn ontwikkeld, opereren ze wel degelijk zelfstandig. Hierin lag wat Van Gorp betreft het grootste spanningsveld. ‘Als ondernemer wil je je eigen bedrijf beschermen. We wisten van elkaar dat we alle drie het beste wilden voor het complex, maar tegelijk wil je ook het maximale halen uit je eigen deel. Die gesprekken waren het moeilijkst.’
Juiste dynamiek
Naast de ‘meta maze’ zelf, zo was Van Gorp’s visie, moest er ook een horeca-concept komen, waar bezoekers van het doolhof op adem konden komen en hun ervaringen konden delen met vrienden – onder het genot van een hapje en een drankje. In het oude postkantoor aan de Spoorlaan – met een dakterras van 750 vierkante meter - moest die droom werkelijkheid worden.
Van Gorp dook in zijn adresboekje; twee namen sprongen eruit: Jaap van Ham is als eigenaar van Het Ketelhuis, Polly Maggoo en Café Bakker een bekend gezicht in de Tilburgse horeca; evenals Gijs van der Velden, die met Cookaholics instaat voor creatieve cateringprojecten. ‘De vraag was eigenlijk of één van ons tweeën de rooftopbar voor zijn rekening wilde nemen, maar toen we met zijn drieën om de tafel zaten, bleek de dynamiek wel erg goed te kloppen’, zegt Van der Velden. Een nieuw ondernemerstrio was geboren.
Anders leren denken
De verschillende achtergronden (cultuur, catering, horeca), leeftijden (Van Gorp is 27, Van Ham 42 en Van der Velden zit er tussenin) en ervaring van de mannen, maakten de samenwerking, naar eigen zeggen, enerverend. ‘De horeca is een markt waarin er veel concurrentie is: je bent heel gecalculeerd bezig om zaken voor elkaar te krijgen’, licht Van der Velden toe. ‘Terwijl Joep een droom aan het bouwen was; veel keuzes waren nog niet genomen voordat hij begon. Jaap en ik weten vooraf juist heel goed waar we aan beginnen en hoe we het gaan doen, we werken heel afgekaderd. Bij een kunstproject kan dat niet.’ Waar de twee horeca-mannen Van Gorp adviseerden over commercie, leerden zijzelf andersom om een beslissing niet enkel vanuit de ratio te nemen en het soms iets meer tijd te geven. ‘Kunstwerken ontstaan vaak organisch, vanuit een gevoel. Die houding is soms ook best welkom als ondernemer-zijnde: niet ‘snel-snel-snel’ beslissen, maar soms iets meer geduld hebben. Dan krijg je vaak juist goede inzichten en ontstaan er toffe ideeën’, aldus Van der Velden.
Aanstekelijke energie
Ook Van Ham – naar eigen zeggen ‘de opa van het stel’ – is te spreken over de vruchtbare synergie tussen de partijen. ‘Joep en zijn jonge compagnons hadden zó’n grote visie en energie, daar werd je gewoon in meegezogen. Ik ben zelf ook vrij positief ingesteld, maar zij waren unstoppable: gaat het niet linksom, dan maar rechtsom. Die enthousiaste houding werkte heel aanstekelijk en kon ik dan weer overbrengen op de merken waar we nu mee samenwerken in de bar. Iedereen is er vol gas in meegegaan.’ Van Gorp op zijn beurt is blij dat hij terecht kon bij experts. ‘Ik ben goed in het bepalen van een visie en de juiste mensen bijeenhalen. Maar van de horeca, zoals van zoveel andere dingen die bij een totaalproject als Doloris kwamen kijken, heb ik geen kaas gegeten. Als ondernemer moet je dus veel dingen uit handen kunnen geven. Het geeft een fijn en rustig gevoel als je weet dat je bepaalde taken kunt neerleggen bij mensen die jarenlang ervaring hebben.’
Emotionele rollercoaster
Terugkijkend op de afgelopen jaren, noemt Van Gorp het ontstaansproces van Doloris een ‘emotionele rollercoaster’. Hij legt uit: ‘Het bedrijf is inmiddels zelfredzaam en een groot succes, dat brengt een bepaalde status met zich mee. Deuren gaan makkelijker open. Maar tegelijk heb ik ook hele onzekere momenten gekend; het was zo’n groots en spannend project. Ik had veel werk op mijn bordje. Als ik in de toekomst weer een soortgelijk project zou lanceren, zou ik nog meer hands-on experts om me heen verzamelen en misschien iets minder adviseurs.’
Toch zegt Van Gorp desgevraagd het niet anders gedaan te willen hebben dan nu: alle (beginners)foutjes hebben immers geleid tot Doloris zoals het er nu staat – en daar is hij maar wat trots op. Van der Velden weet echter wel een verbeterpuntje te noemen – en geeft hiermee gelijk een tip voor andere (beginnende) ondernemers: ‘Wij hebben in het begin heel lang gepraat over details in plaats van de hoofdzaken. Maar het iedere dag hebben over kleine zaken komt de efficiëntie niet ten goede. Ga dus gelijk naar de hoofdlijnen en maak dingen concreet, de details komen erna wel. Of, anders gezegd: meer vergaderen en minder kletsen.’ (lacht)
Dit artikel is geschreven voor Fanzine #2 Brabant=Cultuur. Een magazine over ondernemerschap, innovatie en financiering van (inter)nationale cultuurprojecten in Brabant. Een uitgave van Brabant C, investeringsfonds voor cultuur. Lees het magazine hier.
Kunstloc Brabant heeft Doloris met de opstart ondersteund en geadviseerd bij het opzetten van een crowdfunding-campagne.