Kunst wordt al langer ingezet in het sociale domein en het gebeurt ook steeds meer. Een veelgestelde vraag die ik vanuit mijn functie als adviseur bij Kunstloc Brabant krijg, is om te helpen bij het vinden van financiering hiervoor. Elke keer opnieuw is het veel werk om voor elke losse activiteit financiering te vinden. En na een succesvolle afronding van de activiteit kan deze vaak moeilijk voortgezet worden omdat fondsen niet twee keer hetzelfde financieren. Van ervaren projectleiders hoor ik dat dit al bijna twintig jaar speelt.
Kunst in het sociale domein werkt. In Brabant zijn daar tal van goede voorbeelden van te vinden. Wetenschappelijk bewijs stapelt zich op. Maar waarom lukt het na al die jaren dan niet om kunst een vaste plek in het sociale domein te geven? Ligt het aan geld, mankracht, wil, prioriteiten? Handvatten voor dialoog over dit taaie vraagstuk vind je in het systeemdenken. Denk niet meteen in oplossingen, maar probeer éérst het probleem te begrijpen. Kijk naar het geheel. En wees niet bang voor complexiteit.
Wat is hier aan de hand?
- Zorgkosten lopen uit de hand.
- Er is sprake van ‘onzinzorg’: voor ongeveer de helft van alle behandelingen is onvoldoende wetenschappelijk bewijs dat die behandeling zin heeft
- Er is steeds meer wetenschappelijk bewijs dat kunst resultaten boekt in de zorg.
- Kunst wordt na jaren van goede ervaringen nog steeds incidenteel gefinancierd in de zorg.
Whole system in the room
Op donderdag 3 oktober stond het Community Art Brabant-Café in het teken van precies dit thema: kunst en zorg. Zelf mocht ik een interessante workshop leiden. Tijdens de workshop gingen we aan de slag volgens het zogenaamde ‘Whole system in the room’- principe: ga met alle stakeholders aan tafel en probeer zoveel mogelijk perspectieven op het vraagstuk te krijgen. Samen met deelnemers uit de kunsten, overheid, zorg en welzijn, opleidingen en woningcorporaties zochten we een antwoord op de vraag: Hoe kun je als bestuurder of overheidsinstantie kunst verankeren in zorg of welzijn? We misten tijdens de sessie nog het bedrijfsleven, de wetenschap, de fondsen en de zorgverzekeraars, maar hadden desondanks al een aardige vertegenwoordiging van spelers in het systeem.
De aanwezigen herkenden zich in het dilemma dat er allerlei zaken zijn die structurele verankering van kunst in de zorg bemoeilijken. Daarnaast signaleerden we ook positieve ontwikkelingen: het model Positieve Gezondheid van Machteld Huber wordt breed omarmd en slaat een brug tussen kunst en gezondheid. Het model biedt een gemeenschappelijke taal en manier van denken en geeft richting en vorm aan onderzoek naar de resultaten en werkzame elementen. Daarnaast wordt de toepassing van kunst in het sociale domein steeds vaker in de curricula van zowel maatschappelijke als kunstzinnige opleidingen opgenomen.
Oplossingsrichtingen
Taaie vraagstukken als deze kennen geen oplossingen, wel oplossingsrichtingen. Deze konden we tijdens de sessie destilleren uit aangedragen praktijkvoorbeelden. Ik deel er een aantal.
Zorg voor een ‘vliegende keep’
Dat is iemand met kennis van zowel kunst als het sociale domein en bovendien heeft deze persoon een breed mandaat binnen de organisatie. Enkele praktijkvoorbeelden:
- De Gemeente Bergen op Zoom heeft via BRAM een ambtenaar in dienst, die is afgestudeerd aan de kunstacademie en die dwars door alle afdelingen heen werkt.
- Het hoofd cultuureducatie van kunstencentrum de Nieuwe Nobelaer in Etten-Leur heeft een achtergrond in de zorg en daardoor kent ze de financieringsstructuren in de zorg goed.
- De medewerker verantwoordelijk voor de organisatie van culturele activiteiten bij woonzorgcentrum Park Zuiderhout is zowel geestelijk verzorger als kunstenaar.
- Vanuit de brede regeling combinatiefunctionarissen kun je tussenpersonen aanstellen. In Oosterhout gebeurt dat bijvoorbeeld al. Met het programma Brede Buurt zet de gemeente met de inzet van deze combinatiefunctionarissen (coaches) in op zowel taal, cultuur als sport, met als doel om kwetsbare mensen mee te laten draaien in de maatschappij. Sinds dit najaar werkt Oosterhout met een impact dashboard, zodat ze resultaten kunnen monitoren en waar nodig sturen
Gooi alles op een hoop en doe het samen (ontschotting)
In Oss is in de wijk Ruwaard een proeftuin gestart: alle financieringsstromen zijn in één pot gestopt en alle maatschappelijke partijen komen regelmatig samen voor zogenaamde leersessies. Sinds juli zit daar ook centrum voor de kunsten Muzelinck aan tafel. Doordat deze brede coalitie in co-creatie werkt, heb je alle belanghebbenden bij elkaar en kun je met gebundelde krachten en kennis grotere slagen maken. Door met elkaar in gesprek te gaan leer je elkaars taal en creëer je een gemeenschappelijke manier van spreken. Zo leer je elkaar op zowel inhoud als wijzen van financiering beter begrijpen. En zo kom je uiteindelijk tot structuren waarin het sociale domein en kunst veel voor elkaar kunnen betekenen.
De omgevingswet die per 2021 ingaat, gaat over de integrale aanpak van complexe vraagstukken die veel creativiteit vragen van gemeenteambtenaren. Daar liggen kansen voor de creatieve professionals uit kunst en cultuur om een vaste plek in het sociale domein te krijgen.
Kortom: oplossingsrichtingen breng je succesvol in beeld als je met zoveel mogelijk stakeholders aan tafel gaat om te achterhalen aan welke knop je (gezamenlijk) het beste kunt draaien.