Veel musea bieden rondleidingen voor de allerjongste bezoekers aan. Wij liepen mee met twee verschillende rondleidingen voor het basisonderwijs, en zagen wat het museumbezoek met de kinderen deed.
- Geschreven door Iris van den Boezem
Theaterrondleiding - museum De Pont (Tilburg)
Het is nog stil in het museum. Een klasje kinderen uit de onderbouw van een Belgische basisschool schuifelt door de ruimtes. Voorzichtig, want het is best spannend, netjes achter de juf en de suppoost aan. Maar, hé, wat is dat nu? Daar ligt iemand te slapen. Op een bankje, zomaar middenin het museum. De kinderen lachen, en één van de leerlingen mag de slapende vrouw wakker maken. Zo begint de theaterrondleiding op een zonnige donderdagochtend in museum De Pont in Tilburg.
“Net zoals voor alle andere doelgroepen die ons museum bezoeken, helpen we de kinderen om een dialoog met de kunstwerken aan te gaan,” legt theaterdocent Anke Spieringhs (die de slapende vrouw speelt) uit. Samen met haar denken, filosoferen en fantaseren de kinderen over kunst.
“Door hun verbeelding te stimuleren, help ik kinderen verder te kijken dan hun neus lang is. Want iedereen kijkt met een andere blik,” weet ze. Dat blijkt wel als de kinderen langzaam langs de enorme stapel borden van Robert Therrien schuifelen. ‘Ik zag de muur!’ zegt de één. ‘Ik zag dat de borden ronddraaien,’ verklaart een ander. Een blond meisje zag het niet, die weerspiegeling van de muur in de borden. “Dat maakt niet uit hoor, dat is het leuke aan zo’n kunstwerk. Jij ziet misschien iets heel anders dan hij,” zegt Anke tegen het meisje, terwijl ze naar het jongetje naast haar wijst. “Samen kijken we zo met meerdere ogen en zie je eigenlijk heel veel. Mooi hè?”
Museum De Pont biedt verschillende soorten rondleidingen voor het basisonderwijs aan, de theaterrondleiding is er slechts één van. “We hebben een goede band met de scholen en de meeste scholen komen dan ook jaarlijks terug,” vertelt Marie-José Eijkemans (Educatie). “Wat het doel is? Als we met onze rondleidingen toekomstige bezoekertjes kweken is dat natuurlijk mooi,” glimlacht ze. “Maar nog belangrijker vind ik dat ze ons museum verlaten met wat ik graag een ‘positief kijktrauma’ noem. Dat ze geraakt worden en dat er een indruk achterblijft die voorbij gaat aan het gewone, dagelijkse kijken. Waar ze later nog aan terugdenken. Dan ben ik tevreden.”
Workout Design & Techniek: Veranders - Design Museum Den Bosch
“Wauw, wat is dit prachtig!” Met open mond lopen vijf kinderen van ongeveer zeven jaar oud de eerste zaal van het Design Museum in. Op de tafel staan een aantal maquettes in primaire kleuren: modellen van JJP Oud. “Als jullie in één van deze huizen zouden mogen wonen, welke zou dat dat zijn?” vraagt museumdocent Valerie. “Deze! Zeker deze,” roept een bewegelijk jongetje enthousiast. “Komen jullie allemaal bij mij logeren?” Een stukje achterop loopt een verlegen jongetje met mooie, bruine krullen. Na wat aandringen van zijn juf blijkt dat hij het allemaal wel erg spannend vindt. “Ik ben nog nooit in een museum geweest,” zegt hij pruilend.
“Veel kinderen hebben nog niet eerder met design te maken gehad,” legt Valerie uit, “Of tenminste: dat dénken ze. Vandaag kwam één van de kinderen een typemachine tegen in het museum, en ze riep uit: ‘Maar dat is toch geen design?’ Dan hebben we het daarover: er is namelijk iemand die heeft nagedacht over hoe die typemachine eruit moet komen te zien en hoe die moet werken,” vertelt ze glimlachend. “En ineens zie je dan het besef landen: o ja, dus dat is óók design. Mooi vind ik dat.” Joke Backx (hoofd publiekszaken bij het Design Museum) vult aan: “Met onze ‘workouts’ helpen we kinderen zich te beseffen dat over eigenlijk alles om je heen nagedacht is. Iemand heeft iets zo gemaakt of bedacht met een bepaald doel,” legt ze uit.
Om leerkrachten goed mee te nemen in het onderzoekend en ontwerpend leren van het museum is het mogelijk om deel te nemen aan een kick-off, maar dat is niet verplicht. Joke: “In onze educatieve programma’s stellen we niet de esthetische kant van design centraal, maar juist het verhaal daarachter. Het gaat erom dat er besef ontstaat over de keuzes die een designer maakt, de keuzes die je zelf kunt maken als ontwerper, en op welke manier een ontwerp jouw dagelijks leven bewust of onbewust beïnvloedt.”
In het tweede gedeelte van de workout in het Design Museum mag de groep kinderen zelf aan de slag. Allemaal hebben ze een stuk karton voor hun neus. Na de opdracht om het stuk karton kleiner te maken wordt er druk overlegd: ga je dan scheuren of toch liever knippen? De ogen van het verlegen jongetje glimmen trots: hij heeft zelf als eerste uitgevonden dat het karton ook kleiner wordt als je het dubbelvouwt. Met een brede lach op zijn gezicht: “Ik vond het toch wel heel leuk, hier in het museum.”
MESTmag geeft culturele gezelschappen en instellingen die voorstellingen en projecten ontwikkelen voor Brabantse scholen via deze artikelenreeks een podium. Eerder verscheen in deze reeks al een artikel over Brabant Menu en over dansers Helma Melis en Batja ten Kortenaar. Makers of scholen die graag advies willen over cultuureducatie op scholen kunnen hiervoor terecht bij Olivier de Jong, adviseur cultuureducatie bij Kunstloc Brabant.