Hoe verlopen carrières van makers? Concentreer je je vooral op je werk? Wat is de wisselwerking met een andere loopbaan daarnaast? Ben je altijd ondernemer én kunstenaar, of wisselt dat? In dit signalement drie Brabantse makers, die nu in de belangstelling staan: kunstenaar José Heerkens, schrijver Minke Douwesz en ontwerper Zeynep Dag.
Geschreven door: Ton van der Linden.
Grip krijgen - José Heerkens
José Heerkens zegt in een interview met NRC dat ze als ze schildert grip probeert te krijgen op de beelden die ze in haar hoofd ziet. Op de vraag van Dirk Limburg of ze een compositie van bijvoorbeeld vijf parallelle kleurenbanen met verschuivende tinten groen ziet, zegt ze: “Ja, maar ik weet dan nog niet hoe breed ze moeten worden of hoe ik ze moet schilderen. Ik kan wel een dag of twee kijken tot waar een baan op het doek moet doorlopen. Dat maakt zóveel uit. Als de vorm bepaald is, gaat de wereld van de kleur beginnen. Soms heb ik meteen een gevoel van kleur bij een nieuw schilderij: het moet bijvoorbeeld blauw zijn, maar niet dit blauw en welk blauw dan wel? Het blauw kan ik zoekend veranderen door diverse lagen over elkaar schilderen. Zo probeer ik dichter bij de kleur te komen die het moet worden.”
Free and connected
Heerkens expositie ‘Colour - Free and Connected’ is nog tot 2 juli te zien in Kröller-Müller Museum, Otterlo. Ze werd met een mail benaderd door het museum. De volgende dag belde ze om te verifiëren of het museum inderdaad een expositie van haar werk wilde maken. “Fantastisch natuurlijk, zeker als vrouw die nogal achteraf woont en werkt. Dan is het toch moeilijker om je werk onder de aandacht te brengen”. Heerkens studeerde in 1984 af aan de Bossche kunstacademie met abstract expressionistisch werk. Maar die stijl vond ze al snel te vrijblijvend; het kon te veel kanten op. Door familieomstandigheden reisde ze daarna naar Louisiana. Daar vroeg men haar of ze er als kunstenaar ging werken. Maar ze liet in Zeeland haar eigen atelier bouwen, vrijstaand met grote ramen op het noorden en flinke muuroppervlakken. Ze had de zorg voor haar twee dochters én ontwikkelde stap voor stap haar werk, dat gaandeweg soberder en eenvoudiger werd. Na een reis met haar gezin door Australië in 1992 vond ze haar stijl. De eerste horizontale lijnen verschenen in haar werk.
Buitenland
Alex de Vries in Mister Motley : “Ze mag dan in Australië de ontdekking hebben gedaan dat kleur de ruimte doet ademen, en dus ook de geschilderde ruimte, maar de kleuren die ze gebruikt zijn vooral Brabants, in een minimalisme dat je weer on-Brabants zou kunnen noemen.” Ook de waardering voor haar werk ontwikkelde zich langzaam.
Ze exposeert de laatste jaren steeds vaker in het buitenland. Ze was artist-in-residence in The Josef and Anni Albers Foundation in 2011. In 2016 kreeg ze een solotentoonstelling in het Mies van der Rohe Haus in Berlijn. "Het is een kleine wereld. Galeriehouders en directeuren die mijn werk zien, en dat zijn steeds vaker buitenlanders, vragen me weer voor andere exposities.”, zei ze in 2016 in het Brabants Dagblad. In Duitsland, zegt ze, is veel meer belangstelling voor de ‘non-objective’ kant van de schilderkunst.
Series
Afhankelijk van de tijd van de dag en het jaargetij is een schilderij lichter en helderder of donkerder en ondoorgrondelijker, schrijft De Vries. Heerkens werkt altijd aan meerdere doeken tegelijkertijd, omdat olieverf lang moet drogen voordat ze met een enkel doek verder kan. Die praktische reden heeft ook een inhoudelijke meerwaarde, omdat ze in haar series de doeken op elkaar kan afstemmen. Een serie of concept kan enkele jaren doorgaan. De schilderijen zijn vertalingen van indrukken die Heerkens opdoet in de omgeving van haar atelier, maar ook op reizen. Maar het gaat haar niet om een afbeelding van een landschap. „Hoogstens indirect. Ik schilder geen landweg of boom, maar in feite zit het licht, het ritme van bomen en de einder in het werk. Je hebt het gezien, dus het zit in je.”
Het laatste voorjaar - Minke Douwesz
In februari verscheen bij Uitgeverij van Oorschot ‘Het laatste voorjaar’, de derde roman van Minke Douwesz. In dit boek maken we kennis met Ese Jelles, lerares Duits. Ze besluit van de ene dag op de andere haar baan op te zeggen en op de fiets te stappen, weg van huis, reisdoel is het huis van Anton Tsjechov. Zinloze onderwijsvernieuwingen en de dood van haar geliefde Martie vormen de aanleidingen voor deze plotselinge stap. Op 8 maart meldde Tzum dat het boek op nummer 44 binnenkwam op de bestsellerlijst en het was daarmee op dat moment de hoogst geplaatste Nederlandstalige roman binnen die lijst. In week twaalf stond het boek nog op 12 op de CPNB lijst. Haar lezers moesten 14 jaar wachten op een nieuw boek. In 2003 debuteerde Douwesz met ‘Strikt’ en in 2009 verscheen de roman ‘Weg’. Met dat boek won ze in 2012 de inmiddels verdwenen Anna Bijns Prijs.
Psychiatrie
Minke Douwesz (een pseudoniem) belandde, na een studie geneeskunde in Amsterdam, voor de specialisatie tot psychiater in Noord-Brabant en werkte jarenlang bij een GGZ-instelling. In 2018 promoveerde zij op onderzoek naar gehechtheid bij eetstoornissen. Zij werkt sinds 2019 in eigen praktijk. Tsjechov is, zoals voor haar hoofdpersonage Ese, haar grote held. Hij inspireert haar als schrijver en als psychiater. “Zijn manier van kijken naar mensen is een houding die je als psychiater ook aan moet nemen. Iemand proberen te begrijpen en dan af en toe durven te zeggen: joh, zo hoef je echt niet over jezelf te denken.” Als schrijver probeert ze van een heleboel gedachten en ideeën een gestructureerd verhaal te vormen. Dat is ook wat Douwesz als psychiater doet, “maar dan schrijf je dat verhaal samen met de patiënt.”
Minke Douwesz, foto: Annaleen Louwes
Verlies van veerkracht
“Ging het boek ‘Strikt’ over nieuwe liefde, en ‘Weg’ over de teloorgang ervan, ‘Het laatste voorjaar’ gaat over rouw, over verlies van veerkracht”, schrijft Jann Ruyters in Trouw. “Prachtig hoe de auteur de fietstocht vervolgens een wending geeft die dit leven ook weer uit die alledaagsheid optilt, hoe Ese’s lot iets over het onze zegt.” Over de aanleiding van de roman, zegt Douwesz : “Het begin was wat ze meemaakt met het nieuwe project op het werk. Ik maakte zoiets mee op mijn werk binnen de GGZ. Het idee dat allerlei randverschijnselen heel belangrijk worden gemaakt, dat het echte werk – goed onderwijs geven, mensen behandelen – wordt overschaduwd door mensen wier werk het is om processen te managen. Die mensen moeten iets te doen hebben dus bedenken allerlei projecten waar je als werknemer niet zoveel aan hebt.”
De wereld is veranderd
Meer dan de twee vorige boeken, duidt Ese de veranderingen in de samenleving. Is dat het ouder worden, vraagt Ruyters. “Deze vrouw wordt door alles wat er in haar leven gebeurt uit de groef gewipt waar ze in zit. Dan ga je toch nadenken: wat is me overkomen, heeft dat met mezelf te maken? Als kind leer je eigenlijk een oudere versie van hoe de wereld in elkaar zit, want die komt van je ouders. En dan ontdek je dat de wereld intussen veranderd is, daar moet je je toe verhouden.”
Een waar voorbeeld - Zeynep Dag
EW Magazine columnist Zihni Özdil noemde haar onlangs “een waar voorbeeld”. Hij schreef zijn column naar aanleiding van het boek ‘Strijder op hakken’. In het boek vertelt Zeynep Dag haar levensverhaal. Van een zwarte school in een achterstandswijk in Eindhoven tot de directeur van haar eigen internationale bedrijf Alzúarr, waarmee ze over de hele wereld extravagante schoenen verkoopt. Zeynep Dag lanceerde het bedrijf op zevenentwintigjarige leeftijd. Voor Özdil is Dag iemand die het hoofd boven het maaiveld wil uitsteken. “Vanwege haar Turkse afkomst werd ze door haar school ontzettend ondergewaardeerd. Overal in Nederland waar ze kwam, probeerde men haar te disciplineren, omdat ze – met make-up, hoge hakken en korte rokjes – haar vrouwelijkheid niet onder stoelen of banken steekt. Ook werd ze vanwege haar Brabantse accent overal belachelijk gemaakt.” Dat haar schoenen in Nederland niet of nauwelijks worden verkocht, komt doordat er in Nederland een ‘doe-maar-gewoon’-sharia’ heerst. Haar ‘hakken’ worden het best verkocht in de Verenigde Staten en het Midden-Oosten, zegt ze.
Toekomst-genocide
Door het schrijven van het boek moest ze het afgelopen jaar een pauze nemen van haar werkzaamheden, vertelt ze in het radioprogramma ‘Langs de Lijn en Omstreken’. Ze roemt haar ouders, die de Nederlandse cultuur omarmden, en die haar heel veel zelfwaarde hebben meegegeven. Dag werd van de basisschool naar het vmbo gestuurd. ‘Toekomst-genocide’ noemt ze dat. “Zo voelde dat. Er werd genocide gepleegd op alles wat met mijn toekomst te maken had. Mijn Cito-toets was nota bene hoog genoeg voor de havo. Nee, er was geen toekomst voor mij weggelegd. Ik was kansloos. Gelukkig heb ik nooit in mijn kansloosheid geloofd.” Ze ging naar de kunstacademie, studeerde kunstgeschiedenis.
Rihanna
Haar Turkse genen zijn verantwoordelijk voor haar zakelijke kwaliteiten. Alzúarr was drie weken online, toen ze de aandacht trok van Rihanna. “En als Rihanna eenmaal jouw schoenen heeft, krijg je mailtjes van alle sterrenstylisten.” Overigens, Rihanna betaalde voor haar schoenen. Jennifer Lopez deed dat bijvoorbeeld niet. Maar het feit dat zij op Dag’s schoenen loopt is reclamekracht. Op de vraag van Fashion United ‘Het moet toch ook aan de schoenen hebben gelegen’, zegt ze, “Natuurlijk. Mensen zien bij Alzúarr meteen: dit zijn schoenen die ik nergens anders kan krijgen. Het zijn unieke schoenen, en dat is vandaag de dag nog steeds de kracht van het merk. Onze klanten zijn kenners, mensen die echt wel weten wat er speelt op schoenengebied. Ze worden verliefd op schoenen van Alzúarr omdat ze zoiets nog nooit eerder hebben gezien.”
Dromen
In 2019 richtte ze haar eigen Business Fashion Academy op. De opleiding heeft op dit moment locaties in Eindhoven en Utrecht. “De samenvatting van onze onderwijsvisie is: kennis, kracht en liefde. We willen studenten niet alleen leren om goede ontwerpers en ondernemers te worden, maar ook om zo veel van zichzelf te houden dat ze al hun dromen waar gaan maken.” Dat is ook wat ze in haar boek uitdraagt. “Als je je eigen dromen niet durft uit te spreken, gaat het ook niet werken. Mensen zeggen vaak dat ik geluk heb gehad in mijn carrière. Juist als ondernemer heb ik geen geluk gehad, daarom heb ik ervoor gekozen om het zelf te creëren.”
Maandelijkse column
Ton van der Linden (documentalist Kunstloc Brabant) signaleert in zijn maandelijkse column actuele ontwikkelingen bij Brabantse makers.
Al het cultuurnieuws uit Brabant en de rest van Nederland op een rijtje, vind je in Trends & Ontwikkelingen op Kunstloc Brabant.