Het leven en zijn wonden. Ton van der Linden beschouwt hoe drie Brabantse makers uit verschillende disciplines, Tom America, Loes Janssen en Jolanda Kooijmans, daar op een bijzondere manier poëzie van maken.
Geschreven door: Ton van der Linden
Wegluisteren met muziek
Brechtje Roos vroeg zich onlangs af of het woord wegluisteren bestond. ‘Zoals je kunt wegkijken voor iets, luisterde ik weg voor de cd die mij zo attent werd toegestuurd.’ De cd was ‘Wonden en brutaliteit’ van Tom America, de Tilburgse componist, muzikant, jaargang 1949. America laat haar (ze is blokfluitist, docent en muziekverteller) nog muzikaler luisteren naar spraak en tekst. ‘Nauwgezet ontleedt America spraak. Luistert naar de melodie daarvan. Naar ritme. Spraak is leidend voor zijn composities. Waarbij hij vindingrijk met humor, liefde en een eigenzinnige aanpak geweldigs tevoorschijn tovert.’ Wonden en brutaliteit' is de naam van de CD die Tom America maakte samen met de Vlaamse dichter Delphine Lecompte.
Veertien gedichten op muziek gezet, waarbij de stem en voordracht van de dichter zelf steeds het uitgangspunt waren. Hoe doet hij dat? „Het concept is eenvoudig: alle muziek zit in de voordracht besloten. Daar reageer ik op. Ik begin altijd met een boekhoudklusje: lettergreep voor lettergreep bepaal ik het tempo, de ritmiek en de toon van een stem. Van daaruit ontstaat al het andere. Als ik de tekst heb opgeknipt in maten, ga ik op zoek naar de harmonieën. Dat is het begin van het creatieve proces.’ De samenwerking met de componist verliep volgens de dichter moeilijk, met grote conflicten en lange stiltes. ‘Haar gedichten zijn geworteld in haar eigen leven, haar eigen geschiedenis. In die teksten lijkt ze niets te willen verbloemen, maar wanneer ze zichzelf omschrijft als hoer, ga je toch even met de ogen knipperen’, schrijft René van Peer. Het is de schijnbaar onaangedane kalmte van de voordracht en de muziek die je als luisteraar de intieme maar vreemde werelden binnenlokken die Lecompte en America hebben opgebouwd. Het duo komt met dit werk bij de aloude essentie van poëzie zelf. Luister hier naar een gesprek met Tom America over het project (vanaf 00.31.11).
Ruimen als rouwproces
Wat achterblijft, zo heet de documentaire van de Bredase filmmaker Loes Janssen. Haar persoonlijke leven vormt vaak een bron van inspiratie voor haar films. In deze documentaire gaat het om 3 zussen uit Made, die na het overlijden van hun moeder de taak hebben het ouderlijk huis leeg te halen. De gezichten van de zussen komen niet in beeld, geen lange verhalen over henzelf of hun ouders. Het rouwproces staat centraal, uniek in beeld gebracht met beelden van het ruimen van de huisraad. ‘Tussen de regels door’ voel je de emoties: van verdriet, afscheid nemen, verwerking.
Zelf verloor de maker enige jaren geleden geheel onverwacht haar vader. Janssen, jaargang 1991, werd slechthorend geboren. Niemand die dat in het begin in de gaten heeft. Het blijkt enorm belangrijk voor haar ontwikkeling, vooral visueel gezien. “Ik was altijd bezig met kijken, observeren. En dat doe ik nu nog steeds. Als het ene zintuig minder is, dan wordt het andere veel sterker.” De wijze waarop mensen - vaak tevergeefs - grip willen hebben op hun eigen leven, fascineert Janssen. “De worsteling tussen vasthouden en loslaten, tussen weten waar je aan toe bent en de schoonheid van het onverwachtse, tussen angst en vertrouwen.” Janssen haalt haar inspiratie uit fictie, horror is haar favoriete filmgenre. Stanley Kubrick, maker van o.m. The Shining, geldt voor haar als groot voorbeeld. “Als autonoom maker zoek ik graag het filmisch experiment op. Ik hou van documentaires met een sterk uitgesproken vormkeuze. Niet omwille van het experiment, maar om je verhaal zo goed mogelijk te kunnen vertellen. ‘Hoe’ je een verhaal vertelt, zegt meer dan ‘wat’ je vertelt. Het was wel spannend, maar iedereen was er blij mee, ook al vonden de zussen het best confronterend om terug te zien”, zegt ze.
De Peel als rode draad
een moeder begint midden op straat / opeens te neuriën / schaamrood neemt een aanloop / want moeders horen rustig in de wereld op te gaan. Zo begint een gedicht van Jolanda Kooijmans. Het komt uit haar bundel Twee ton, die op 29 november bij de Eindhovense uitgeverij Opwenteling verscheen. Kooijmans, jaargang 1967, opgeleid als beeldend kunstenaar aan de Academie St. Joost in Breda, debuteert ermee als dichter. Als kunstenaar exposeerde ze o.m. in het Van Abbemuseum, Eindhoven en De Gele Rijder, Arnhem. ‘’Toen ik moeder werd, werd dat minder”, vertelt ze. “Ik richtte me meer op schrijven en dat heeft de overhand gekregen. Maar mijn werkkamer staat vol beelden en objecten die ik heb gemaakt, dus dat beeldende aspect is niet verdwenen. Als ik ergens heen ga, dan neem ik pen, papier én mijn fototoestel mee. Kunstenaar zijn is mijn levenswijze.”
De gedichten in de bundel zijn de afgelopen vijf jaar geschreven. Kooijmans woonde in de Peel op een boerderij. “Het leven daar heeft me bezieling gegeven voor de gedichten. Ik ben moeder geworden en het landschap raakte me. Daarnaast zag ik in de laatste jaren dat we daar woonden dat de dierindustrie steeds intensiever werd. Het land ging achteruit en kleine boeren moesten ermee stoppen, dat gegeven heeft best een stem gekregen in de bundel. We zijn uiteindelijk verhuisd, naar Geldrop. Maar de Peel is de rode draad in mijn gedichten”, zegt ze. Haar werk is een verstechnische mer à boire, schrijft Carina van der Walt. Met deze bundel, zo meent ze, hebben we er een schitterend nieuw dichttalent bijgekregen – voor wie de moeite neemt aandachtig te lezen. Jeroen van den Heuvel merkt naar aanleiding van het gedicht ‘hoogte wil’ op dat hoezeer dit gedicht ook ‘beheerst wordt door ‘abstracties’ en afstanden’, het er desondanks in slaagt om ook beeldend en heel concreet te zijn.
Maandelijkse column
Ton van der Linden (documentalist Kunstloc Brabant) signaleert in zijn maandelijkse column actuele ontwikkelingen bij Brabantse makers.
Al het cultuurnieuws uit Brabant en de rest van Nederland op een rijtje, vind je in Trends & Ontwikkelingen op Kunstloc Brabant.