Hoe staat het met de gendergelijkheid in de beeldende kunst en de theatersector? Onlangs verscheen een rapport over de beloning van vrouwelijke beeldende kunstenaars. En er kwamen twee onderzoeken uit over de positie van de vrouw in de theatersector. Een rapport werd uitgevoerd voor de VSCD met de blik op toekomstige genderneutrale toneelprijzen.
Geschreven door: Ton van der Linden
Pionier
In augustus overleed Liesbeth Brandt Corstius op 81-jarige leeftijd. NRC noemde haar een pionier. Als directeur van toenmalige Gemeentemuseum Arnhem, nu Museum Arnhem, was ze een groot voorvechtster voor de positie van vrouwelijke kunstenaars. Vanaf haar aanstelling in 1982 was het haar beleid om voor minimaal de helft van de aankopen en tentoonstellingen werk van vrouwen te kiezen. Het Arnhemse museum noemt haar een ‘moedige museumdirecteur’. In mei van dit jaar interviewde De Volkskrant Brandt Corstius nog. Ook over de hoon die haar lang ten deel viel.
Glazen plafond
In allerlei artikelen over gendergelijkheid duikt het begrip ‘glazen plafond’ op. Ook in de beeldende kunst. In 2017 publiceerde de Maastricht University en Artnet het rapport Glass Ceilings in the Art Market over de man-vrouw verhouding in de beeldende kunstmarkt. De vrouw die de term ‘glass ceiling’ in de jaren zeventig voor het eerst hanteerde, Marilyn Loden, overleed een week voor Brandt Corstius. Het glazen plafond omvat een metafoor “die de onzichtbare barrières aanduidt, die worden gevormd door gedragsvooroordelen en organisatorische vooroordelen (vaak door mannen), die vrouwen tegenhouden in het verkrijgen van topfuncties binnen bedrijven en overheidsdiensten. Er wordt gesproken over een glazen plafond, omdat het te onderscheiden valt van andere, zichtbare barrières als ervaringseisen en opleidingseisen.” Gendergelijkheid gaat natuurlijk verder dan de toegang tot topfuncties.
Gendergelijkheid wereldwijd
Het is bar gesteld met de gendergelijkheid wereldwijd, zo blijkt uit een onderzoek van de Verenigde Naties, dat onlangs werd gepubliceerd. Het bereiken van volledige gendergelijkheid, een van de 17 duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's), kan bijna 300 jaar duren als het huidige tempo van vooruitgang aanhoudt.
‘Een nog onverteld verhaal’
In het voorwoord van ‘Een nog onverteld verhaal’, een recent onderzoek van Women Inc. en ABN AMRO, staat te lezen dat in Nederland de aandacht voor inclusiviteit en kansengelijkheid groeit. Ook in de kunstsector – en specifiek in de beeldende kunst - is deze discussie gestart, bijvoorbeeld over de man-vrouwverhoudingen in musea en de positie van vrouwelijke kunstenaars. “Dat dit hard nodig is blijkt uit dit verkennende onderzoek: de ondervertegenwoordiging van (kunst gemaakt door) vrouwen is een rode draad die door nagenoeg de gehele kunstsector loopt, van de opleiding tot aan het museum. Net als in de gehele maatschappij spelen thema’s als representatie, beloning en onbewuste vooroordelen (bias) hierbij een belangrijke rol”. In het rapport o.m. deze ontluisterende feiten: vrouwen krijgen gemiddeld een derde minder voor hun kunst dan mannen, en vrouwen hebben vaker naast hun kunstenaarschap een tweede baan, maar ondanks dat ligt hun bruto jaarinkomen gemiddeld 5.000 euro lager. Niet alleen de loonkloof komt aan bod, ook de representatie van vrouwelijke kunstenaars op tentoonstellingen en in collecties is onderzocht. Musea worden aangeduid als belangrijke ‘gamechangers’. Rein Wolfs, directeur van het Stedelijk Museum Amsterdam, zegt in NRC dat de Nederlandse musea nog een lange weg te gaan hebben. Dat die representatie in musea er niet goed uitziet, bleek al uit een onderzoek van De Volkskrant, in december 2019.
‘Maar mijn haar zat wel goed’
In maart werd Lotte Dunselman geïnterviewd door NRC. Ze is artistiek leider van het nieuwe Productiehuis Mevrouw Ogterop, vernoemd naar de eerste vrouwelijke schouwburgdirecteur van Nederland, in Meppel. Haar eerste voorstelling was : ‘Ik stond in een kutvoorstelling maar mijn haar zat wel heel goed’, over de rol en representatie van de vrouw in de theatersector en daarbuiten. “De titel komt van een flard van een foyergesprek dat schrijver Magne van den Berg eens hoorde. Dat is zo treffend – dat actrices geleerd wordt meer bezig te zijn met hoe ze eruit zien dan wat ze inhoudelijk staan te doen. In de theatersector merk je dat de macht nog steeds bij mannen ligt, er zijn meer mannenrollen, er zijn meer mannelijke regisseurs en schrijvers, de directies van de grote gezelschappen bestaan voor het overgrote deel uit mannen. Wat dat betreft was het echt mijn redding dat we bij theatergroep ECHO steeds onze eigen teksten lieten schrijven – anders had ik nog steeds alleen maar de hoer gespeeld of brieven opgebracht.”
Twee onderzoeken naar de positie van vrouwen in de theatersector
Haar woorden worden onderschreven door een onderzoek van Theaterkrant en De Toneelmakerij, een initiatief van Nikki Kuis, naar de positie van vrouwen in de sector en het heersende vrouwbeeld in het Nederlandse theater. Ook dit onderzoek stemt niet bepaald vrolijk. Opvallend is dat zo’n twee derde van de teksten die gespeeld worden door de BIS-gezelschappen is geschreven door mannen. De BIS-toneelgezelschappen lopen hierin achter op het jeugdtheater. Het volwassen toneel, dat meer geld heeft, meer voorstellingen maakt, een groter publiek bereikt en nog altijd meer prestige heeft. De onderzoekers zijn optimistisch. Ze zien meer invloedrijke vrouwelijke regisseurs- en schrijvers – ook bij de BIS-gezelschappen – die openlijk een feministische agenda voeren. Zie ook het artikel van Herien Wensink in De Volkskrant, 17 maart 2022. De onderzoekers tekenen er wel bij aan dat er voornamelijk verbetering zichtbaar is voor witte vrouwen. Tijdens de voorbije editie van het Nederlands Theater Festival presenteerde de Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties (VSCD) een onderzoek naar de genderindeling van de VSCD Toneelprijzen. Er worden jaarlijks prijzen uitgereikt voor de meest indrukwekkende dragende en bijdragende rollen voor mannen en voor vrouwen. De vereniging onderschrijft meer diversiteit en inclusie in de gehele theatersector. En daarom wil men de genderindeling van de Toneelprijzen heroverwegen, met oog voor de historie van de prijzen én de impact van eventuele veranderingen. Het onderscheid in gender is gezien de maatschappelijke ontwikkelingen niet meer vanzelfsprekend, stelt de VSCD. De onderzoekers keken o.m. naar de gevolgen voor vrouwen, als de toneelprijzen genderneutraal zouden worden, en naar boekenprijzen, die niet zijn uitgesplitst naar mannen en vrouwen. De twee genoemde onderzoeken geven een goed beeld van de gendergelijkheid in de theaterwereld. Uit het VSCD onderzoek blijkt o.m. dat mannen meer hoofd- en bijrollen hebben en dat de loopbaankansen van actrices, naarmate ze ouder worden, afnemen.
Genderneutrale prijzen
Simon van den Berg keek naar de veertien belangrijkste niet-gegenderde theaterprijzen (die niet voor producties bedoeld zijn) over de periode 2000-2021. Van de 235 winnaars was bijna 55 procent man en minder dan 37 procent vrouw, 20 prijzen waren voor gemengde teams of samenwerkingen. “In een landschap waarin vrouwen minder kansen krijgen, zul je dat terugzien in de winnaars van prijzen. Maar prijzen, als belangrijkste verdelingsmechanisme voor prestige in de kunst, hebben zelf ook weer grote invloed op wie kansen krijgt”, besluit hij. Hij verwijst in zijn artikel ook naar het Nederlands Film Festival. Dat schafte de aparte Gouden Kalveren voor acteurs en actrices radicaal af – en vervolgens wonnen vorig jaar alleen mannen. Dat was dit jaar ook het geval tijdens de uitreiking van de Vlaamse filmprijzen, de Ensors. Veerle Baetens, genomineerd voor haar rol in ‘Dealer’, merkte op dat er eerst voor gezorgd moet worden dat er evenveel interessante vrouwenrollen komen als mannenrollen, én evenveel vrouwenrollen als mannenrollen, zodat eindelijk eerlijk geconcurreerd kan worden. Trouw sprak n.a.v. het VSCD onderzoek met een aantal actrices.
Manoushka Zeegelaar Breeveld is voorstander van genderneutrale prijzen: “In de theaterwereld zijn nu mensen opgestaan die durven te zeggen dat ze man noch vrouw zijn. En die willen geen prijs voor hun gender, maar voor hun vakmanschap. Terecht. Ik moet er ook niet aan denken dat er een toneelprijs voor de beste acteur van kleur zou komen. Het gaat om een gelijkwaardig speelveld voor iedereen. Genderinclusieve prijzen kunnen daarbij helpen.” Maryam Hassouni daarentegen vindt het geen goed idee om de prijscategorie voor vrouwen op te offeren voor een weliswaar belangrijk maatschappelijk belang. Hassouni : “En wat houdt genderneutraliteit precies in? Gaat het over de acceptatie en integratie van non-binairen? Of mag er geen onderscheid meer gemaakt worden tussen mannen en vrouwen? Ik denk dat we eerst deze vraag moeten beantwoorden voordat we klakkeloos allerlei beslissingen nemen, want dat gaat ten koste van vrouwen en in het bijzonder van mensen met een andere afkomst.” Over het aanpassen van de Toneelprijzen vanaf volgend seizoen zal het bestuur van de VSCD in een later stadium beslissen.
Stemming
Ton van der Linden (documentalist Kunstloc Brabant) peilt in zijn maandelijkse column aan de hand van de actualiteit de stemming in kunst en samenleving. Al het cultuurnieuws uit Brabant en de rest van Nederland op een rijtje, vind je in Trends & Ontwikkelingen op Kunstloc Brabant.