Talent moet je koesteren, vinden we in Brabant. Niet zo gek dus dat organisaties in de kunst- en cultuursector, de provincie Noord-Brabant en de vijf grote Brabantse gemeenten de komende vier jaar hoog inzetten op talentontwikkeling in de professionele kunsten. Met een zesdelige artikelenreeks onderzoekt Iris voor Mestmag.nl samen met een talent, een coach en een netwerkpartner wat er nu al aan talentontwikkeling wordt gedaan. Maar vooral ook: wat brengt de toekomst? Vandaag in het eerste deel: beeldende kunst.
- Geschreven door Iris van den Boezem
Mentor: Galeriehouder Majke Hüsstege
'Ik run mijn galerie niet om er stinkend rijk van te worden. Ik doe het vanuit een passie: ik vind het belangrijk en interessant om dit werk te doen. Een voorname vraag voor mij is: hoe kan ik de kunstenaars ondersteunen? Dus toen bkkc me benaderde voor deelname aan Jump!, besloot ik meteen dat ik mee wilde doen.'
Hoe gaat het met talentontwikkeling in de Brabantse beeldende kunsten?
'Voor alles wat je doet geldt: hoe meer tools je hebt, hoe beter je je kunt ontwikkelen. Dat geldt ook voor de beeldende sector. Maar van de academies krijgen de kunstenaars gewoon niet alle vaardigheden mee die nodig zijn om hun weg te vinden in de kunstwereld van nu. In vergelijking met vroeger verandert je rol als galeriehouder daarom ook, vind ik. Je wordt steeds meer makelaar of adviseur, vertegenwoordiger van de kunstenaars die je onder je hoede neemt.'
Welke veranderingen zijn nodig om talentontwikkeling in de beeldende kunsten nog beter te regelen?
'Ik denk dat met dit eerste Jump!-traject een goed zaadje is geplant. Met de tweede editie van Jump! kan het traject wat mij betreft verder verdiept en verbreed worden. Nu had het traject nog een relatief vaste vorm, terwijl er nog meer maatwerk mogelijk moet zijn. De kunstenaar moet centraal staan. Met de kennis van nu zou ik ook zeggen dat de academies beter moeten worden betrokken bij Jump!. Op die manier kunnen tools ook worden gedeeld met studenten op de opleidingen. Zo wordt het structureel onderdeel van de kunstwereld.'
Voor de tweede editie van Jump! wordt het draagvlak breder: rond de kern met directe begeleiders en contacten voor de talenten komt een 'flexibele schil'. Daarin zitten musea en presentatieplekken, werkplaatsen en Artist in Residences. Het talent kan met zijn of haar leervraag direct op alle partijen aanspraak maken. Flexibiliteit en maatwerk, dat is daarbij belangrijk. Want de kunstenaar staat centraal.