'Heel veel mensen hebben geen besef van wat een vrijetijdskunstenaar kan. Kunstenaars die in hun vrije tijd beeldend werk maken, zijn vaak heel goed. Alleen niemand ziet dat. Misschien familie en vrienden, maar dat was het dan wel. Dat is zonde,' vertelt Jacques Janssen (69), voorzitter van de Stichting Beeldende Vrijetijdskunst (SBV). Deze stichting is de enige overgebleven koepelorganisatie in Nederland die tekenaars, beeldhouwers en schilders in verenigingen in de provincie Noord-Brabant bij elkaar brengt. Hoe is dat mogelijk? Samen met beeldend kunstenaars Rien Claessen en Corrie Beers uit Brabant (de een wel en de ander niet bij een vereniging aangesloten) is Janssen aan het woord over het belang en de toekomst van de koepel.
- Geschreven door Simone Vos
In Noord-Brabant kun je als vrijetijdskunstenaars* terecht bij meer dan honderd verenigingen of groepjes. Bijna twintig procent van deze verenigingen is aangesloten bij de SBV. Dat betekent dat SBV ruim 1100 leden telt. 'We brengen de verenigingen in Brabant samen in onze koepelorganisatie. Als mensen binnen een vereniging werken, raken ze geïnspireerd door elkaar en kunnen ze hun talenten ontwikkelen', aldus Janssen.
*Vrijetijdskunstenaars: mensen die in hun vrije tijd schilderen, tekenen of beeldhouwen, maar dit niet professioneel uitoefenen.
Brabant vs. Nederland
Hoe het kan dat alleen in Brabant nog een koepel beeldende vrijetijdskunst is? Het antwoord is eenvoudig: fusie op fusie maakte een eind aan de beeldende kunstkoepels in Nederland. In 1965 was nog in elk deel van Nederland een overkoepelende organisatie onder de Federatie Amateur Beeldende Kunstenaars (FABK). Na de zoveelste samenvoeging van alle amateurkunstclubs, verdwenen deze koepels langzaamaan. Janssen: 'We wilden als regio Zuid niet in de Stichting Beeldende Amateurkunst (SBA) opgaan waarin veel meer amateurkunsten, zoals fotografen en weefgroepen samenkwamen. Dat werd te groot. Beeldende kunst verdween daarin.'Daarom besloot de regio Zuid alleen verder te gaan. Noord-Brabant hield stand en adopteerde Zeeland, Limburg en Beuningen in 2010. Zo werd het Stichting Beeldende Vrijetijdskunst Zuid-Nederland. Niet alleen in de beeldende kunst is het verdwijnen van de koepels in Nederland een fenomeen, ook binnen theater is dit een punt van aandacht.
Individuele kunstenaar
Corrie van Beers (56) is juist niet bij een vereniging aangesloten. 'Een aantal jaren geleden ging ik met een vriendin mee die een cursus acryl schilderen wilde doen, dat was mijn eerste kennismaking met schilderen. Ik dacht eigenlijk als ik 65 ben, ga ik zoiets oppakken. Maar ik vond het zo leuk dat ik het nog steeds doe.'
Ze volgt lessen bij een professioneel docent in het atelier met een vast clubje. 'Ik vind het fijn om tijdens de les richting te krijgen en dan kan ik daar thuis mee aan de slag. Ik wil graag m'n vrijheid en niet de normen en schoolse regels van een vereniging. Ik wil m'n eigen gang gaan en daarom zit ik niet bij een vereniging.'
Belang van een vrijetijdskunstvereniging
Bij één van deze verenigingen, de Tilburgse Kunstkring, is Rien Claessen (60) als docent 3D werkzaam. Ook is hij beeldend kunstenaar en docent in het voortgezet onderwijs. 'Ik werk al jaren tussen de vrijetijdskunstenaars en er zitten grote talenten tussen', zegt Claessen. 'Vaak hebben ze veel potentie, maar is het door omstandigheden niet gelukt om er meer mee te doen. Het gaat mij vooral om de ontwikkeling van de kunstenaar, niet zozeer om het product. Het is een reflectie op henzelf en op hun werk.'
'Ik merk dat mensen zich zekerder voelen onder de paraplu van een vereniging. Ze stimuleren elkaar en kunnen reageren op het werk van een ander. Je kunt ook workshops volgen los van een vereniging, maar dan ben je niet in een context waarin je je continu ontwikkelt. Ik vind juist het beeldend groeiproces zo belangrijk bij mijn cursisten', aldus Claessen.
Belang van de SBV
'Het belang van de koepel is dat we kunstenaars aansporen hun werk te laten zien. We willen laten zien wat er in Brabant is', aldus Janssen. 'Het is ook goed dat verenigingen elkaar ontmoeten. Dat ze elk jaar een keer bij elkaar komen en ook over het besturen van hun vereniging kunnen praten, bijvoorbeeld over ledenwerving en het organiseren van exposities.'
Regionale Expositie en Amateurkunst Verkiezing
Volgens Claessen is het belang van de SBV terug te zien in de jaarlijkse Brabantse Beeldende Amateurkunst Verkiezing waaraan alle kunstenaars in heel Brabant mee kunnen doen. Gemiddeld zijn er tussen de tweehonderd en driehonderd inzendingen per jaar. Ook is de tweejaarlijkse Regionale Expositie SBV van belang, die voor de bij verenigingen aangesloten kunstenaars is.
'Dat zijn momenten waarop je als stichting groot kunt uitpakken. Zo laten we zien welke kwaliteiten de leden hebben en kan de provincie zien waar de subsidies naartoe gaan,' zegt hij. Claessen selecteert de werken voor de Regionale Expositie. 'Ik ga dan de exposities van alle verenigingen af en bepaal welke werken geschikt zijn. Ik let vooral op de consistentie. Ik wil ontwikkeling terug zien in het werk.' De geselecteerde werken krijgen een plek in de tweejaarlijkse expositie.
De toekomst
De grote kwestie in de vrijetijdskunst is de vergrijzing van de verenigingen. Janssen weet wel hoe dat komt: 'Pas als mensen rust in hun leven hebben, gaan ze tekenen en schilderen. Als de kinderen uit huis zijn en in een rustige periode bent aanbeland, zo rond je vijftigste, dan heb je dat gevoel meer.' De gemiddelde leeftijd van de leden ligt dan ook boven de veertig.
'Het probleem van weinig aanwas van jonge leden brengt ook moeilijkheden mee bij het vinden van bestuurders en vrijwilligers binnen de vereniging die de handen uit de mouwen willen steken. Een man van tachtig laat je toch niet met expositieschotten en schilderijen sjouwen?', vertelt Janssen. 'Maar ik lig er niet wakker van. Ik denk dat mensen altijd wel de behoefte hebben om in een vereniging te werken aan kunst. Ik maak me wel zorgen over hoe ik jonge mensen prikkel om ook mee te doen. Het is moeilijk om een jongere generatie te bereiken. Dan moeten we eigenlijk een grotere groep jongeren binnenhalen. Via middelbare scholen bijvoorbeeld. Jongeren kunnen ouderen juist ook stimuleren en andersom.'
Ook Claessen ziet de vergrijzing binnen zijn vereniging de intrede doen. 'De jongste deelnemer aan mijn lessen is dertig en dat is relatief jong. De oudste is bijna tachtig. Het is jammer dat er geen jonge mensen bij zitten, maar jonge mensen binden zich minder makkelijk en kunnen uit zoveel activiteiten kiezen.'
Uitdaging
Vergrijzing en de behoefte van verenigingen om jongeren aan zich te binden is een vaak terugkerend thema in de amateurkunsten. Maar zijn jongeren wel de toekomst? Uit statistieken blijkt een dip in de deelname van mensen tussen de dertig en vijftig jaar, dus is het slim een investering te maken in mensen die vanaf hun dertigste afhaken? Biedt de vergrijzingsgolf van actieve ouderen niet juist een kans?
Beeldende kunstenaars vormen een van de grootste groepen binnen de vrijetijdskunstenaars. Ze zien in plezier maken en artistieke groei hun drijfveren. Beeldende kunst is zowel een individuele discipline, als ook een kunstvorm die samen uitgevoerd wordt. Het is leerzaam om het werk te spiegelen aan dat van een ander. Leren van elkaar, elkaar stimuleren, uitdagen en het sociale aspect zijn factoren die amateurkunstbeoefening de moeite waard maken.
De uitdaging is daarom, vooral voor verenigingen, om goed aan te blijven sluiten op de behoeftes van de kunstenaars. En voor de SBV blijft de uitdaging om kunstenaars van hun zolderkamer te halen met wedstrijden om ervaring uit te wisselen tussen verenigingen zodat ze aan de behoeftes van hun achterban kunnen blijven voldoen. In de toekomst zal altijd een behoefte bestaan om beeldende kunst te maken en samen te blijven doen.
Simone Vos
Freelance journalist & schrijver+31 6 22 15 14 30