Maandenlang stond 'ie te wachten op bezoekers, maar nu de bibliotheken open zijn en de musea 5 juni openen, is de expositie Wunderkammer eindelijk te zien. Curieuze verzamelingen, kunstwerken én een mix daarvan; dat krijg je te zien in de expositie Wunderkammer: het magische object. De drie kunstenaars Paul Bogaers (Tilburg, 1961), Ton de Gouw (Kaatsheuvel, 1949) en Wijnand van Lieshout (Tilburg, 1940) maakten in opdracht van Kunstloc Brabant hun eigen Wunderkammer in de expo in de Bibliotheek LocHal. Ieder op een geheel eigen wijze.
Geschreven door: Simone Vos
Ode aan het objet trouvé
“Door allerlei wonderlijke objecten en voorwerpen bij elkaar te zetten, maak je het geheel nog wonderlijker”, zegt Paul Bogaers. Samen met Ton de Gouw vertelt hij over de expositie en hun verzamelwoede en brengen ze een ode aan het objet trouvé.
“Ik wilde graag een tentoonstelling maken om Wijnand de erkenning te geven die hij verdient. Hij is 80 jaar en is zelf niet meer in de gelegenheid om zo’n expositie op te zetten. Hij is een bekende Nederlandse fotograaf, maar door de jaren heen is zijn positie als kunstenaar veranderd en zit hij in een schrijnende situatie”, vertelt Ton.
Ontwikkelingen in kunst en cultuur
“Ik voel een groot zielsverwantschap met Wijnand en wil zijn werk graag in leven houden. Toen ik de oproep van Kunstloc zag om een plan voor een expositie in te leveren, wilde ik dat graag doen. Maar ik vond het ook lastig, want ik ben al een tijdje uit het kunstcircuit en vind de ontwikkelingen in de politiek rondom kunst en cultuur heel moeilijk te begrijpen”, gaat Ton verder.
“Uiteindelijk heb ik mijn woede tegenover de manier waarop kunst wordt neergezet, omgezet in een bepaalde drive om een mooie expositie te maken. Vol bezieling en gedrevenheid zijn we daarmee aan de gang gegaan. Het is een prachtexpo geworden en voor mij werkt die transformatie van boosheid naar actie, helend”, aldus Ton.
Transformatie
“De kunstenaars laten zien dat bezieling en de kracht van verbeelding, essentieel is. In plaats van met het vingertje te wijzen naar de samenleving, hebben zij hun frustraties omgezet in een krachtige expositie waarin hun unieke kijk op de wereld centraal staat”, zegt Esther Leenders, Adviseur Cultuureducatie & Beeldende Kunst bij Kunstloc Brabant. “De expositie neemt de bezoeker mee in totale verwondering, je voelt echt de innerlijke noodzaak van de autonome kunstenaar om kunst te maken en krijgt een kijkje in zijn verzameluniversum, dat is mooi.”
Wunderkammer | foto: Ton de Gouw
Zielsverwanten
Ton: “Het duurde dus even voor ik zeker wist dat ik aan deze expositie wilde beginnen. Het idee voor de tentoonstelling was al snel om een driemanschap te vormen en daar kwam Paul om de hoek kijken.” Paul beaamt: “Ik vond het een mooi initiatief om Wijnand opnieuw in de belangstelling te zetten. Ton en Wijnand voelen voor mij ook als zielsverwanten. Onze werkwijze verschilt wel, maar in het thema ‘verzamelen’ vinden we elkaar helemaal. Er zijn verschillende types kunstenaars; degenen die toevoegen en degenen die weghalen. Ik schaar ons onder de toevoegers”, lacht Paul. “Ik werk zelf graag met collages en assemblages: daarbij voeg ik materiaal toe en combineer ik het met andere objecten.”
Wunderkammers
“De kracht van de tentoonstelling zit ‘m in die ‘wunderkammer’: een volgestouwde ruimte met objecten. Onze verzamelingen zijn de bron van het werk”, vertelt Paul. “Maar het loopt in elkaar over: soms zie je duidelijk of het een verzameld object of een kunstwerk is in ‘mijn’ Wunderkammer, maar soms hangt het door elkaar. Het maakt ook niet uit wat het werk is of wat het object is, het gaat allemaal om dezelfde verwondering.” “Wijnand had het woord ‘wunderkammer’ al eens laten vallen in een gesprek en dat is blijven hangen bij mij. Uiteindelijk vind ik het een hele mooie manier van exposeren”, beaamt Ton. “Een kabinet waarin allerlei spullen staan waarover mensen zich verwonderen. Alles wat je vindt, zet je erin. Dat past precies bij ons alle drie. We zijn kunstenaars én verzamelaars.”
Verzamelwoede
“In de expositie word je overspoeld door de grote hoeveelheid objecten, maar ze hebben allemaal iets magisch voor ons”, zegt Paul. “Vroeger verzamelde ik vooral oude foto’s, want ik ben begonnen in de fotografie. Tegenwoordig zijn het vaker objecten, maar nog steeds is het criterium: kan ik ze gebruiken in mijn werk. Mijn verzamelingen vormen de basis van mijn kunstenaarspraktijk.”
De droom van Ton Dat de expositie in deze vorm is gerealiseerd, is volgens Esther een ‘onmogelijkheid die mogelijk is geworden’. “Het was niet makkelijk om deze expo neer te zetten in de LocHal. De hoeveelheid spullen, de belichting, de werkdruk, de kosten en uiteraard de corona maatregelen: er waren veel factoren waardoor het extra lastig was. Maar: het is uiteindelijk gelukt ”, zegt Esther. “Het was de droom van Ton en soms moet je iets doen om zo’n droom werkelijkheid te maken. Want: als je het kunt dromen, kan het ook gebeuren. ‘De ongekende kracht van verbeelding, het motto van Kunstloc, is niet voor niks gekozen.”
Keuzes maken
“Wijnand verzamelt voornamelijk spullen die een cultuurhistorisch aspect hebben. Hij is in de oorlog geboren en dat heeft hij altijd met zich meegedragen. Ambachtelijke spullen die op het punt staan te verdwijnen, dat is zijn fascinatie. Daar maakte hij dan geënsceneerde foto’s mee”, vertelt Ton. “Ik vind het heel bijzonder dat hij met zijn artistieke fingerspitzengefühl uit zijn gigantische verzamelde collectie de juiste objecten heeft geselecteerd voor deze expo. Ga er maar eens aanstaan op je tachtigste. Dat heeft hij toch mooi gedaan. Het ontroert mij, dat hij in zijn kabinet een bepaalde rust heeft gecreëerd. Ik vond het zelf heel moeilijk om een keuze te maken uit mijn objecten voor in de Wunderkammer.”
De wereld als atelier
“Voor mij is de hele wereld een atelier. Ik zie in het kleinste ding dat ik vind iets. Zodra een object mij boeit, dan neem ik het mee”, zegt Ton. “Voor mij heeft het oprapen van een object en dat bewaren een bezwerende functie. Het helpt me tegen de bedreiging van de wereld. Het heet niet voor niets ‘verzamelwoede’. Ik zie in veel voorwerpen een bepaald leven, bezieling.” Ook Paul ziet in zijn verzamelde objecten een spirituele kant.
“Ik ben gefascineerd geraakt door de Afrikaanse kunst en maskers, de directheid daarvan pakt je meteen. Ik wilde ook werk maken met die kracht. Het idee dat alles een ziel heeft (animisme) zag ik eerst vooral als iets van de Afrikaanse cultuur, maar het zit in alle culturen. Ook in het katholieke geloof; daarin zijn relikwieën bijvoorbeeld belangrijk”, zegt hij. “Kunst kan ook ritueel van aard zijn, maar dat is bij mij niet letterlijk zo. Ik voel wel een connectie met de materie waarmee ik werk. Ik maak iets materieels, maar ik doe ook iets immaterieels”, aldus Paul. “Een kunstenaar is geen productmaker, die maakt geen gebruiksvoorwerp. Dus er is altijd ruimte voor interpretatie vanuit de toeschouwer. Het gaat vooral om het niet-zichtbare, datgene dat de toeschouwer eruit haalt voor zichzelf.”
Meer over de expo
De tentoonstelling in de LocHal is gratis toegankelijk. Op de website van Kunstloc Brabant staat alle informatie over Wunderkammer.
Simone Vos
Freelance journalist & schrijver+31 6 22 15 14 30