
"Bekogeld met passers of uitgescholden: makers van jeugdtheater ervaren de verruwing op scholen." Met die kop opende de Volkskrant in januari een artikel over hoe theatergezelschappen worstelen met het maken van voorstellingen voor jongeren. De makers willen maatschappelijke thema’s bespreekbaar maken, maar stuiten steeds vaker op weerstand van leerlingen, scholen en ouders. Is dat herkenbaar voor Brabantse gezelschappen?
Geschreven door Marel van Andel
Kunstloc Brabant en Erfgoed Brabant doken dieper op deze actualiteit in tijdens een bijeenkomst op 8 april voor intermediairs voortgezet onderwijs. Te gast waren theatergroep PlayBack, Signatuur Onbekend, Artemis en Het Zuidelijk Toneel. Vier gezelschappen die jaarlijks honderden jongerenvoorstellingen spelen, op school of in een theater, vaak over onderwerpen die schuren: van stress en seksualiteit tot identiteit en maatschappelijke druk.
Verruwing in heel de samenleving
“Is dat echt zo, die verruwing? Ervaren wij dit in Brabant ook?”
Artemis werd ook genoemd in het Volkskrantartikel, dus Evelien Kanters, theaterdocent en -maker bij Artemis, herkent het beeld zeker. Hun acteurs werden bekogeld met passers en waterflesjes. Wel merken ze dat dat de verruwing niet enkel bij de jeugd ligt, maar eerder bij de hele samenleving. “Vooral als het gaat om seksualiteit zien we sterke reacties”, vertelt Evelien. In een voorstelling zoenen bijvoorbeeld twee mannen met elkaar, terwijl dat niet is waar het verhaal over gaat. “Daar komen dan veel reacties op en mails van ouders.”
Ook de andere theatergezelschappen herkennen deze reacties, maar zien deze wel meer als uitzondering. Valerie Veraart, actrice bij Signatuur Onbekend, merkt dat bij voorstellingen over minder gevoelige onderwerpen, zoals de brugklas, of profielkeuze, weinig reacties komen. “Bij een voorstelling over seks, beginnen de ouders wel wat meer te stuiteren.” En dat heeft ook weer invloed op de houding van de school richting voorstellingen en of ze deze in hun school willen.”

Liefdevolle begrenzing
Hoe zorg je dat het niet uit de hand loopt? Alle vier de sprekers zijn het erover eens dat het scheppen van kaders en context het allerbelangrijkste is. Lotte van Oudheusden, die werkt bij Het Zuidelijk Toneel, legt uit: “We zien dat jongeren vaak niet weten hoe ze zich horen te gedragen bij een theatervoorstelling en wat daarbij de onuitgesproken regels zijn. Daardoor komt er veel op het bordje van de jongeren en het theatergezelschap. Als je zorgt dat het voor de jongeren wel duidelijk is wat van hen verwacht wordt, kunnen ze daar beter mee omgaan.”
Het maken van afspraken is dan ook van belang. De sprekers zijn het erover eens: als iets niet goed verloopt, ligt dit aan de randvoorwaarden en niet aan de jongeren. Marjolein Buijs, actrice bij theatergroep PlayBack: “Wij hebben het over liefdevolle begrenzing. We proberen altijd afspraken te maken met de school en goed uit te leggen wat de bedoeling is en wat wij verwachten.” Op die manier kan de school dit ook al duidelijk maken aan de leerlingen en ouders. Bij de voorstelling zelf maken we altijd even contact met de jongeren zodat zij zich gezien voelen. “En we zorgen dat het duidelijk is dat het bijvoorbeeld niet de bedoeling is dat ze op hun telefoon zitten en hoe goed het hoorbaar is als ze praten.”
Ook Artemis is bewust bezig met die kaders. “Ons toneel is vaak absurdistisch, waardoor jongeren al snel niet weten waar ze aan toe zijn. Dit lokt reacties uit. Als je dan aan het begin duidelijk maakt hoe lang de voorstelling duurt, waar ze precies zijn en dat het kan gebeuren dat ze iets niet begrijpen, hebben de jongeren in ieder geval die houvast”, zegt Evelien.


Rol van de docent
Bij het zorgen voor die kaders is het belangrijk dat docenten goed begrijpen wat hun rol is. Zo merkt PlayBack wat het met een groep leerlingen kan doen als de docent achter in de zaal op z’n telefoon kijkt in vergelijking met een docent die enthousiast is en geïnteresseerd kijkt. “Jongeren zijn erg bezig met wat een docent ervan vindt. En als die het al geen waarde geeft, wordt het erg moeilijk om de leerlingen er wel bij te krijgen.” Dat merkt ook Valerie: “Soms gaat een docent zelf eigen werk doen, dat heeft ook direct weerslag op de scholieren.” Daarnaast scheelt het ook heel veel als de school of een docent de tijd neemt om de leerlingen voor te bereiden.
Wel begrijpen de theatergezelschappen dat het voor scholen ook lastig is. Voorstellingen worden vaak gebruikt als educatie, in plaats van als kunstvorm, voor het behalen van doelen en thema’s waar de school iets mee moet. Op die manier wordt de voorstelling eigenlijk een soort vervanging van een les. De voorstelling wordt vaak gepland tijdens een vak, waarvan de docent dan niet per se een interesse heeft in kunst en cultuur. Daarnaast hebben ze het natuurlijk ook druk met hun reguliere werkzaamheden."

Rol van de intermediair
Bij deze uitdagingen kunnen de intermediairs helpen, blijkt uit het gesprek. Intermediairs kunnen helpen door vooraf heldere afspraken te maken met scholen over randvoorwaarden zoals zaalopstelling, het maximum aantal leerlingen, aanwezigheid van docenten en de plek van de voorstelling in het lesprogramma. En hierin de communicatie van zowel het theatergezelschap als de school bevorderen. Zo kan een voorstelling zo soepel mogelijk verlopen. Daarnaast vragen de theatergezelschappen aan de intermediairs: ga staan voor de kunst. Neem het op voor het aanbod en blijf staan voor het belang ervan. Zo kunnen we ook samen de scholen overtuigen dat het belangrijk is dat leerlingen dit meekrijgen in de toekomst.
Cultuureducatie met Kwaliteit
Met het landelijke programma Cultuureducatie met Kwaliteit (CmK) worden veel activiteiten op het vlak van cultuureducatie gefinancierd. Vanaf de derde periode van dit programma (2021-2024) is gekozen voor een gezamenlijke regionale aanpak in de provincie Noord-Brabant en is een gezamenlijke monitoringsaanpak opgestart.
De Waarde van cultuur bevat de belangrijkste resultaten uit deze eerste monitor. Bepaalde processen (zoals het opleiden van een coördinatoren, het zoeken van partners en het evalueren) zijn goed geborgd. Deze inzet vertaalt zich nog onvoldoende naar draagvlak onder het team en de directie. Op minder dan de helft van de scholen is het draagvlak verankerd. Daardoor is het lastig om heldere kaders vast te leggen op de scholen, terwijl die juist zo belangrijk zijn, zo blijkt uit het artikel. De steun van docenten is onmisbaar voor theatergezelschappen moeilijk om hun boodschap goed over te brengen.
Netwerkbijeenkomst bijwonen?
Ook in de vierde periode van de regeling Cultuureducatie met Kwaliteit blijven Kunstloc Brabant en Erfgoed Brabant intermediairs ondersteunen in het begeleiden van voortgezet onderwijs scholen. We organiseren hiervoor 2 keer per jaar een netwerkbijeenkomst. In deze bijeenkomst is aandacht voor verdieping op actuele onderwerpen binnen cultuureducatie in het voortgezet onderwijs én is er ruimte voor intermediairs om onderling kennis uit te wisselen. Interesse? Neem gerust contact met me op.